Wetenschappelijke activiteiten
Mijn ''wetenschappelijke carrière" begon in september 1975, toen ik stage liep in het London Hospital Medical College bij Andrew Herxheimer, dermatoloog en farmacoloog. Daar moest ik onder andere leren om wetenschappelijk onderzoek te doen en hoe je de resultaten moest publiceren. Vooral dat laatste beviel me goed, want het is natuurlijk altijd leuk om je naam boven een artikel te zien. Mijn eersteling was ''Herxheimer A, de Groot AC. Some effects of injected hyoscine butylbromide: a versatile class experiment in human pharmacology. Brit J Clin Pharmacol 1977;4:337-342''. Toegegeven: dit artikel was bijna helemaal door Andrew alleen geschreven.
In de tijd van mijn opleiding (1-1-1976 t/m 31-12-1979) kon ik het heel goed vinden met Dr. Johan Nater, het hoofd van de afdeling allergie in Groningen. Hij had al veel gepubliceerd op zijn vakgebied. Daarnaast werkte hij mee aan de destijds al beroemde serie Meyler’s side effects of drugs.
Prof. dr. Johan P. Nater
Meyler was hoogleraar farmacologie in Groningen en had het boek geïnitieerd in 1957. De diverse hoofdstukken werden in het begin vaak door specialisten van verschillende afdelingen van het Academisch Ziekenhuis Groningen verzorgd en zo schreef Nater het hoofdstuk ''Drugs used on the skin''. Elk jaar verscheen een Side effects of drugs Annual met alle nieuwe literatuur, die elke 4 jaar werd opgenomen en samengevat in een nieuwe editie van Meyler’s side effects of drugs (de ''grote Meyler''). Dat voorzag duidelijk in een behoefte. In die tijd waren er nog geen computers. Nieuwe bijwerkingen van geneesmiddelen werden in een groot aantal verschillende tijdschriften beschreven en het was onmogelijk om de literatuur daarover bij te houden en vaak ook heel moeilijk om te vinden of een bepaalde bijwerking van een geneesmiddel al beschreven was. Al die literatuur werd in de boeken overzichtelijk gepresenteerd, hetgeen verklaart waarom ''Meyler'' al vanaf de eerste editie in 1957 tot op heden hét standaardwerk is op het gebied van bijwerkingen van geneesmiddelen. Waarschijnlijk vanwege onze goede relatie (hij kon niet weten of ik wel goed kon schrijven, er zijn maar weinigen die dat kunnen) heeft Johan me toen gevraagd of ik mee wilde schrijven aan deze hoofdstukken en daar had ik blijkbaar wel zin in.
Onze eerste gezamenlijke publicaties verschenen in 1980 (ik was toen net met mijn praktijk in ’s-Hertogenbosch begonnen) en betroffen twee hoofdstukken in boeken, een Annual en een ''grote Meyler''. Ook in dat jaar verscheen een artikel in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde over een onderzoek dat we tijdens mijn opleiding gedaan hadden naar het effect van dinitrochloorbenzeen (DNCB) in de behandeling van alopecia areata. Het werkte, maar DNCB was toch net een beetje te sterk carcinogeen voor geneeskundig gebruik!
- Nater JP, de Groot AC. Drugs used on the skin. In: MNG Dukes, red. Side effects of drugs Annual 4. Amsterdam: Excerpta Medica, 1980:104-110
- Nater JP, de Groot AC. Drugs used on the skin. In: MNG Dukes, red. Meyler's side effects of drugs, 9th edition. Amsterdam: Excerpta Medica, 1980:234-264
- De Groot AC, Nater JP, De Jong MCJM. De behandeling van alopecia areata met dinitrochloorbenzeen. Nederlands Tijdschr Geneeskd 1980;124:1634-1640
Het zien van mijn naam in deze publicaties vervulde me met enige trots, kan ik me nog wel herinneren, en dat smaakte naar meer. Nu, 42 jaar later, heb ik meer dan 560 publicaties op mijn naam, meestal dus wetenschap ''met een kleine w''. Maar laat ik niet al té bescheiden, dan wel vals-bescheiden zijn, want dat past niet bij me. Er zitten namelijk ook internationaal bekende werken bij, vooral het boek Patch testing, dat sinds 1986 en ook nu nog het mondiale standaardwerk is voor het bepalen van testconcentraties en vehicula (bases) voor epicutaan allergologisch onderzoek (plakproeven). Dit boek is sinds kort integraal opgenomen in de websites van de American Contact Dermatitis Society en de European Society of Contact Dermatitis en kan door alle leden daarvan online geraadpleegd worden.